ADVIES INZAKE DE ERKENNING VAN HET LIMBURGS ALS STREEKTAAL

Samenstellers, werkverslag

terug naar het inhoudsoverzicht

Verslag “Werkgroep Erkenning Limburgs als Streektaal”

De Werkgroep Erkenning Limburgs als Streektaal heeft zich gegroepeerd op initiatief van de Vereniging Veldeke, zulks op grond van een aan Veldeke gericht verzoek vanwege de Limburgse provinciale overheid. De betrokkenen zijn bijeengekomen op 1 december 1995 en hebben zich na een verkennende voorbespreking tot bovenvermelde Werkgroep aaneengesloten. Besloten werd dat prof. dr. J.Th. Leerssen (hoogleraar Europese Studies, Universiteit van Amsterdam) als voorzitter zou fungeren en dr. H. Crompvoets (wetenschappelijk hoofdmedewerker, Vakgroep Algemene Taalwetenschap en Dialectologie, Katholieke Universiteit Nijmegen) als secretaris. De overige leden van de Werkgroep zijn: dhr. F. Walraven (neerlandicus, voorzitter van de Vereniging Veldeke), lic. J. Segers (dialectoloog, sercretaris van de Vereniging voor Limburgse Dialect- en Naamkunde), lic. R. Belemans (dialectoloog, Instituut voor Naamkunde en Dialectologie, Katholieke Universiteit Leuven), drs. Pierre Bakkes (docent Nederlandse Taal- en Letterkunde, Hogeschool Katholieke Leergangen, Sittard), dhr. Leo Gillessen (voorzitter, Volkskundliche Arbeitsgemeinschaft Erkelenz). De Werkgroep heeft zich ten doel gesteld, om vóór 31 maart 1996 ten behoeve van de Vereniging Veldeke en de provinciale autoriteiten een advies voor te bereiden aangaande de mogelijke landelijke erkenning van het Limburgs als streektaal onder de termen van het Handvest voor de Europese Streek- en Minderheidstalen, in analogie aan de erkenning van het Nedersaksisch eerder in 1995.

Voorzitter en secretaris hebben sindsdien intensief contact gehouden (via e-mail) om diverse activiteiten te coördineren. Ook met tussen werkgroepslid Belemans en de voorzitter heeft intensief e-mail contact plaatsgevonden; andere leden hebben de voorzitter, waar nodig, per brief of mondeling informatie of commentaar verstrekt.

Voorzitter en secretaris hadden op 12 december 1995 een overleg. Daarbij een bezoek gebracht aan de emeritus hoogleraar dialectologie aan de KUN, prof. dr. A. Weijnen, lid van de KNAW en adviseur bij de erkenning van het Nedersaksisch; tevens werd contact opgenomen met Dr. Siemon Reker (RUG), een van de betrokkenen bij de erkenningsprocedure Nedersaksisch, alsmede met het Amt für Rheinische Landeskunde te Bonn; deze laatste instantie gaf blijk van een afhoudende opstelling.

De Werkgroep had een werkverkgadering op 22 december 1995, waarop een eerste concept van een analyse/advies betreffende het Limburgs besproken werd, alsmede kwesties van procedurele efficiëntie bij het aanbieden van dit advies aan de diverse besluitvormende echelons op provinciaal en landelijke niveau.

Op 8 januari had de voorzitter een bespr. met Dr. Reker, drijvende kracht achter de erkenning van het Nedersaksisch; tevens vond nader overleg plaats met werkgroepslid Belemans, alsmede met dr. Lex Schaars, van het Gelderse Staring-Instituut, dat erkenning van de niet-Nedersaksische dialecten van Gelderland nastreeft.

Op 11 januari namen voorzitter en werkgroepslid Bakkes deel aan het radio-programma "Weldenkende Mensen", dat aan het thema van streektalen en regionalisme was gewijd.

Op 12 januari had de voorzitter telefonisch en per fax contact met Dhr. Rongen en prof.mr. A Postma, beiden leden van de Eerste Kamer (waar de ratificatie van het Handvest geagendeerd was) teneinde bij de behandeling daarvan een "schot voor de boeg" te laten lossen ten behoeve van het Limburgs.

Op 17 januari had de voorzitter een gesprek met dr. J. Berns, hoofd dialectologie van het P.J. Meertens-Instituut; deze heeft daarop een attest ten behoeve van de erkenningsaanvraag geschreven.

Op 19 januari had de voltallige werkgroep, tezamen met het hoofdbestuur van Veldeke Limburg, een bespreking met Dhr. Eurlings, député voor culturele aangelegeneheden in de prov. Limburg, en Dhr. Benders, hoofd bureau Sport en Cultuur, Prov. Limburg. Hier werd de aanvraagprocedure nader besproken; de werkgroep bracht voorlopig verslag uit van haar werkzaamheden. Dhr Eurlings lichtte nader de politieke omstandigheden toe waarbinnen de aanvraag vorm zal moeten krijgen. Tevens werd de aanwezige pers geïnformeerd over het lopende initiatief.

Naar aanleiding van dit gesprek heeft de voorzitter een project "steekproef Limburgs in Limburg" geconcipieerd dat door een stagiair van de RL zou moeten worden uitgevoerd onder auspiciën van de Provincie.

De voorzitter heeft telefonisch en per fax contact gehad met prof. dr. Ludger Kremer aangaande de mogelijkheid van een attest.

Op 1 maart zal een laatste vergadering plaatsvinden teneinde een definitieve versie van het advies overeen te komen. Bovendien zal de voorzitter nog op 22 maart een gesprek hebben met Dhr. Kamp, lid van de Tweede Kamer, die zich heeft ingezet voor de erkenning van het Nedersaksisch.

Na aanbieding van het advies aan de Vereniging Veldeke zal de werkgroep haar taakstelling als voldaan beschouwen en haar vergaderingen suspenderen sine die; zij zal zichzelf echter pas formeel ontbinden na de politieke afwikkeling van de erkenningsaanvraag en kan tot dan toe op verzoek van voorzitter en/of drie leden weer bijeengeroepen worden, mocht zulks nuttig lijken.

De voorzitter hecht eraan, de leden, en met name de secretaris, te danken voor de prettige samenwerking, de opbouwende kritiek en de betoonde inzet.

20 februari 1996

Joep Leerssen


terug naar het inhoudsoverzicht

Online geplaatst op de website leerssen.nl op 14 augustus 2019. Het advies dateert van 1996 en weerspiegelt de talige en culturele situatie van dat jaar. Er is geen poging gedaan om de tekst of de bronverwijzingen op de stand van latere jaren te brengen.